Ambt & Heerlijkheid 160, jaargang 54, september 2008

Van de redactie

 

Het Open Monumentenweekend staat dit jaar in het teken van: SPOREN. En van sporen weten wij als mens heel veel. In feite gaat A&H meestal voornamelijk over sporen die we als mens achterlaten in het landschap, in dorp of stad of op papier of in het milieu. De sporen van de mens zijn niet meer weg te denken
uit onze wereld. Toch zijn er tijden geweest in de geschiedenis van de mens, waarin we liefst helemaal geen sporen achter wilde laten, om niet in plaats van jager, als prooi gezien te worden. Maar die tijd ligt in de verre prehistorie. Sinds we ons bewust zijn geworden van onze schijnbare dominantie in deze wereld hebben
we vele monumentale gebouwen zoals tempels en paleizen opgericht en wegen, grafheuvels en hunebedden achtergelaten als bewijs van onze aanwezigheid
en macht over de materie. Echter, als je met je ouders ging kamperen, moest je altijd de kampeerplek achterlaten, alsof je er niet geweest was. Zo tegenstrijdig kan een mens dus zijn.

 

Maar hoe groots de scheppingen van de mensen ook zijn, het blijk dat alles toch ook weer relatief snel door de natuur heroverd kan worden. Toen de Romeinen
hun nederzetting bouwde, in wat toen nog niet Velp-zuid was, hadden ze vast niet gedacht dat we 2000 jaar later alleen nog maar wat ronde donker verkleurde
aarde terug zouden vinden, als bewijs dat er ooit een boerderij gestaan had. Aan de hand van de scherven die er gevonden zijn blijkt dat de boerderij uit de eerste
of tweede eeuw van onze jaartelling stamt. Ook deze A&H is een nieuw spoor uit het verleden en men kan zich terecht afvragen hoelang dit papieren spoor bewaard blijft.